labidochromis caeruleus Yellow / Malawi cichlide
Overzichtlabidochr.caeruleus Yello
herkomst: Malawi
max.grootte: 12 cm
tempratuur: 22-26
ph: 7.5-8.5
Labidochromis caeruleus wordt dikwijls gekocht als één van de eerste vissen in het Malawi-aquarium.
De knalgele kleur valt direct op bij beginnende cichlidenliefhebbers.
Dit laatste maakt deze afrikaanse cichlide een goede aanvulling op bijna alle andere cicliden in het aquarium.
Geliefd als hij is bij de Malawi houders wordt hij samen gehouden met andere Mbuna, Utaka en met de wat meer tere keizerbaarzen.
Meestal zal men in het begin een koppeltje kopen.
Beter is enkele jonge visjes aan te kopen, bijvoorbeeld een 7 tal.
Dit komt dikwijls overeen met een volwassen koppel.
Je herken meteen de mannetjes aan hun voorste zwarte vinnen
Het zijn echte Mbuna dus de inrichting moet bestaan uit veel rotsen met meer dan voldoende schuilplaatsen.
Op de bodem kan het beste zand worden gebruikt.
Harde planten zoals Vallisneria worden doorgaans wel met rust gelaten.
Net als de meeste Mbuna is de Pseudotropheus socolofi een vruchtbare soort die niet in een speciaal kweek aquarium gehouden hoeft te worden. De ideale kweekgroep bestaat overigens wel uit één man met vier vrouwen. Als een vrouwtje dan een bekje vol eieren heeft kan hij zijn aandacht richten op de andere drie vrouwen.
De man lokt het vrouwtje door zijn kleuren op hun felst te laten zien en zijn vinnen wijd uit te spreiden.
Hij toont zijn flank aan het vrouwtje en met trillende bewegingen leidt hij haar naar de paai plek.
Dit is in het aquarium doorgaans gewoon op het zand.
De eieren worden bevrucht met de eivlek methode waarna de vrouw de eieren in haar muil opneemt om uit te broeden (maternale muilbroeder).
De nesten zijn van normale grootte met zo`n 20 tot 60 eieren.
De uigebroede jongen worden na ongeveer drie weken uitgespuugd en niet meer in de muil toegelaten.
Ook niet als er gevaar dreigd.
Ze zullen vanaf dan voor zichzelf moeten zorgen.
Als je hele nesten over wil houden, is het beter om het vrouwtje na 2 weken broeden uit te vangen en apart te zetten.
Vang haar niet eerder uit, je loopt dan kans dat ze de eieren te vroeg uit spuugt en niet meer opneemt.
Na drie weken broeden spuugt ze de jongen uit, in de eerste paar uur na het uitspugen eet ze nog niet maar daarna ziet ze haar jongen als voer.
Vergeet dus niet haar weer terug te zetten.
De jongen kunnen direct gevoerd worden met fijn gewreven vlokvoer en artemia.
De Labidochromis caeruleus is ook geschikt voor beginners.